[Fr., kamers van hereniging], rechtbanken door de Franse koning Lodewijk xiv na de Vredes van Nijmegen (1678) en Saint-Gcrmain (1679) ingesteld om te onderzoeken welke gebieden eenmaal behoord hadden bij de streken, die hem in 1678 waren toegewezen. Ze waren gevestigd te Metz, Besançon, Breisach en Doornik, en steunden voor hun actie op het oude feodale recht.
Met een beroep op hun uitspraken werden vele steden en streken (o.a. Straatsburg 1681, het hertogdom Luxemburg 1684) met Frankrijk 'herenigd'. Een van de redenen waardoor tenslotte de → Negenjarige Oorlog (1688-97) uitbrak.