Ned. politicus. *21.12.1896 Oirschot; ✝ 16.10.1980 Oisterwijk. Advocaat; 1932—33 lid van de Tweede Kamer voor de Rooms-Kath.
Staatspartij: 1934-37 hoogleraar aan de r.k. Handelshogeschool te Tilburg; 1937-39 minister van Sociale zaken in het 4e Min.-Colijn. in welke periode hij door zijn spaarregeling voor werklozen (het zgn. kwartje van Romme) aan populariteit inboette. Tijdens de Tweede Wereldoorlog enige tijd in gijzeling: maakte gedurende die tijd een ontwerp voor een grondwet in r.k. klerikale zin; 1946 weer lid van de Tweede Kamer en voorzitter van de Kvp-fractie; 1951 informateur; vormde een kabinet, waarvan Drees minister-president was, maar waarin hijzelf geen zitting had. Een opdracht als formateur in 1952 wees hij af: een formatiepoging in 1956 mislukte. Trok zich 1961 op geneeskundig advies uit de Tweede Kamer terug: 1962-71 lid van de Raad van State; 1963 weer informateur. 1971 minister van Staat.Litt. J.Rogier. Een zondagskind in de politiek (1980).