(later Benedictus de), eig. Bento Despinoza.
Ned wijsgeer. *24.11.1632 Amsterdam ✝ 21.2.1677 's-Gravenhage: uit Portugees-joodse familie. Opgeleid in de rabbijnenschool van Morieira; mettertijd bekend met de nieuwere natuurwetenschap en wijsbegeerte (Bruno, Hobbes. Descartes), wat hem van het geloof van zijn vaderen vervreemdde en reeds 1656 leidde tot uitstoting uit de joodse gemeente en verbanning uit Amsterdam. Met het slijpen van lenzen en het geven van onderricht voorzag hij in zijn karig bestaan; vond een veilig onderkomen in een landhuis bij Ouderkerk aan de Amstel; verhuisde 1660 naar Rijnsburg, waar hij in de kring der Collegianten verkeerde, in 1663 naar Voorburg en in 1669 naar 'sGravenhage: bevriend met Johan de Witt en Christiaan Huygens. Een van de wegbereiders van het rationalisme; bouwt voort op Descartes; tradities zijn van weinig waarde; eigen inzicht moet ons geloof worden; wat ons overgeleverd is mag niet slaafs nagevolgd worden. In zijn Tractatus Theologo-politicus, dat de politiek van Johan de Witt steunt, bepleit hij vrijheid van denken; scheiding van wetenschap en godsdienst; oefent historische kritiek op de Bijbel; ziet de christelijke godsdienst als een voorbijgaand historisch verschijnsel, terwijl het gezag de godsdienst in stand houdt, daar zij de massa onderworpen en gehoorzaam maakt.
In zijn Ethica wil hij door de ratio (de zuivere rede) het denken zuiveren van emoties en vooroordelen, hetgeen een wiskundige redenering vereiste: het boek heeft dan ook de vorm van een meetkundeboek met definities, bewijzen e.d. Begrijpelijk, dat deze theorieën een geweldige opschudding veroorzaakten. De calvinistische predikanten wisten te bereiken, dat na zijn dood zijn werken door de Staten van Holland verboden werden. Spinoza overtreft in onafhankelijk denken alle filosofen van zijn tijd. In de 19e eeuw vond een krachtige opleving van het spinozisme plaats en zijn denkbeelden oefenen invloed uit tot in onze tijd (o.a. op Einstein).Litt. Dr.A.Vloemans. Spinoza (1931); F.Hallet. B.de Spinoza (1957); T.de Vries. Spinoza (1970); K.Jaspers, Spinoza (1978): M.G.Hubbeling. Spinoza (2c dr. 1978); J.Romein.
B.Spinoza. De godloze godzoeker (in: Erflaters van onze beschaving. 13e dr.1979).