Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Arthur Gilson

betekenis & definitie

Belg. politicus. *27.2.1915 Antwerpen. Vertegenwoordigde 1946-68 het arr.

Brussel als cvp-kamerlid: 1958 61 minister van Landsverdediging; 1961-65 minister van Binnenlandse Zaken en van het Openbaar Ambt. In deze hoedanigheid diende hij de ontwerpen in voor de nieuwe taalwetten, die, het territorialiteitsbeginsel van 1932 versterkend. 1962-63 door het parlement werden goedgekeurd (wetten-Gilson). Werk: Pour une démocratie efficace (1965).

< >