Germanismen in het Nederlands

Dr. S. Theissen (1978)

Gepubliceerd op 11-06-2020

Begeesterd, begeesteren, begeestering

betekenis & definitie

Deze woorden worden over het algemeen als germanismen (D. ‘begeistert, begeistem, Begeisterung’) beschouwd voor resp. ‘geestdriftig, enthousiast; in geestdrift brengen, geestdrift wekken, bezielen; bezieling, geestdrift, enthousiasme’.

Verschueren en Jansonius maken er echter geen bezwaar tegen; ook Koenen, die ze eerst als germanismen veroordeelde, zegt vanaf 1974 nog maar dat ze van Duitse afkomst zijn, zonder ze daarom te veroordelen.

Begeesterd, begeesteren, begeestering werden reeds in de vorige eeuw vaak gebruikt; in 1898 had het Woordenboek der Nederlandse Taal echter de indruk dat ze in het Noorden terrein aan het verliezen waren, in het Zuiden daarentegen nog veel voorkwamen. In de jaren ’50 vond Damsteegt dat begeestering nog veel gebruikt

werd; in de jaren ’60 zegt Noé echter dat het in onbruik geraakt is. Een onderzoek van krantetaal heeft aangetoond dat vooral werkwoord en adjectief gebruikt worden, vooral in het Zuiden en daar vooral in de sporttaal:

‘...onder de begeesterende leiding van voorzitter Maurice Van Snick...’ (Het Laatste Nieuws, 14.10.72, p. 25)

‘Grootnederland, de Dietsche Volksstaat, begeestert velen.’ (Knack, 25.11.72, p. 89)

Dat begeesterd echter ook in het Noorden voorkomt, zij het tussen aanhalingstekens, blijkt uit het volgende voorbeeld:

‘Op een gegeven ogenblik durven ze mee te praten en worden het “begeesterde” leerlingen.’ (Elseviers Magazine, 10.6.72, p. 54)

Hieruit mag men echter niet concluderen dat deze germanismen reeds ingeburgerd zouden zijn.

< >