(Fr. Menameradiel) Gemeente in Friesland, ten N.W. van Leeuwarden.
Werd als overwegend landbouwgemeente in jaren ’50 en ’60 geconfronteerd met sterke daling van inwonertal; groei na ’70 door forensisme. Opp. 7758 ha, waarvan 7639 ha land.
Hoofdplaats Menaldum.Wapen: „In azuur een liggende, omziende eenhoorn van zilver, vergezeld in de rechterbovenhoek van een schelp van goud, in de linkerbovenhoek van een ruit van zilver en aan de schildpunt van een bladerloze gouden eikel, de steel omlaag. Het schild gedekt met een gouden kroon van vijf bladeren” (Zie Wapen).
Vlag: Een blauwe vlag met aan de stokzijde een staande gele baan ter breedte van een vierde gedeelte van de vlag met op het blauwe veld een witte liggende omziende eenhoorn.
Bevolking Na een periode van ontvolking maakte Menaldumadeel een groei door na 1970. Van dit herstel profiteerden, op vier na, alle dorpen. Als woongemeente wordt naast Tietjerksteradeel, Leeuwarderadeel en Idaarderadeel nu ook Menaldumadeel een forenzengemeente.
1954 1959 1964 1969 1974
Menaldumadeel 11.197 10.631 10.402 10.329 11.467 Beetgum 1759 1697 707 779 785 Beetgumermolen 909 840 889 Berlikum 2445 2315 2329 2269 2186 Blessum 132 119 134 118 121 Boxum 404 381 372 347 363 Deinum 706 656 618 594 603 Dronrijp 2018 1981 1902 1906 2254 Engelum 413 312 278 278 481 Marssum 1103 1069 1111 1306 1474 Menaldum 1590 1543 1503 1395 1876 Schingen 169 159 164 151 124 Slappeterp 179 145 124 131 102 Wier 279 254 251 215 209 Economie Als land- en tuinbouwgemeente ondervond M. in jaren ’50 en ’60 ten volle de gevolgen van de ontw. in de landbouw. In 1960 was 35,4 % van de beroepsbevolking daarin werkzaam, 27,8 % in industrie en ambacht, 36,8 % in overige bedrijfstakken.
De verbetering van de verbindingen met o.m. Leeuwarden, bevorderde een ontwikkeling van het forensisme.
De op de agrarische sector steunende handel en dienstenverlening bleef belangrijk: transport-, loon-, pluimveeslachterij-, exportbedrijven; handel in veevoeder, kunstmest, zaden; export, sorteerinrichtingen.
Daarnaast nijverheid in de sectoren bouw, bakkerijgrondstoffen, zuivel, kurkplaten en schalen, veevoeder, carrosseriebouw. Centra van nijverheid: Dronrijp, Menaldum, Berlikum. Door de sterke veranderingen in de tuinbouw verloor Berlikum voor een deel de vroegere rijkdom. Wel bleef de veiling daar gehandhaafd, ondanks concentratie van verschillende veilingen in het N. van Nederland.
De landbouwstructuur is en wordt ingrijpend gewijzigd door ruilverkavelingen (Berlikum).
Politiek en kerkelijk leven De politieke verhoudingen veranderden weinig. Zowel de PvdA als de combinatie ARP/CHU verloren enig terrein, t.g.v. FNP en, eerder en in mindere mate, KVP. In 1954 was de raad als volgt samengesteld: 7 PvdA, 4 ARP, 2 CHU, 2 VVD; in 1974: 6 PvdA, 5 AR/CH, 2 VVD, 1 FNP, 1 KVP.
Kerkelijk veranderde de situatie, door een aanzienlijke daling van het aantal NH, t.g.v. de groep „Geen kerkgenootschap”.
In 1971 was 35,5 % NH (in 1960 48,7 %), 23 % Gereformeerd (23,7 %), 6% RK (5,8 %), 5 % behoorde tot overige kerkgenootschappen (3,9 %), 30 % tot geen kerkgenootschap (17,9 %). Onderwijs, sport, cultuur, monumenten In Berlikum een Chr. LHNO-school; verder is Menaldumadeel afhankelijk van centrumplaatsen in omliggende gemeenten.
Het kaatsen wordt in de gemeente veel beoefend. Een nieuw sportcentrum ligt tussen Dronrijp en Menaldum: zwembad, voetbalvelden, tennis- en midgetgolfbaan. Ook in Berlikum een sportpark, met voetbalvelden, kaatsterrein en tennisbanen. Na uitvoering van de huidige plannen beschikt de gemeente over 6 sportzalen.
In Menaldum centrum voor bejaardenzorg (bejaardenhuis, dienstencentrum, bejaardenwoningen). Verder jeugdcentra, dorpshuizen. In Beetgumermolen monument voor overleden cabaretier Jarich de Vries.
Van de vrij vele monumenten in Menaldumadeel worden hier genoemd Schatzenburg te Dronrijp en Poptaslot te Marssum; Kerken te Marssum (12e eeuw), Beetgum (1300, verb. 1669), Berlikum (1778), Blessum (14e eeuw), Boxum (1100), Deinum (12e eeuw, met bekende „sipeltoer”), Dronrijp (1544), Engelum (13e eeuw).
Molens te Berlikum (monnikmolen zonder stelling, De Kievit, 1802); Dronrijp (monnik zonder stelling, 1833); Marssum (monnik zonder stelling, 1903); Kingmatille onder Dronrijp (monnik zonder stelling, 1870); Hatsum onder Dronrijp (monnik zonder stelling, 1878); De Poelen onder Dronrijp (monnik zonder stelling, plm. 1850); Terpzigt onder Marssum (spinnekop, 1888).
Verder een (dalend) aantal karakteristieke boerderijen, waarvan Fjouwerhûs onder Beetgum in 1975 in restauratie. Daar ook archeol. monumentje de Hege Wier.
Burgemeesters na 1954: D. Torensma, H. Hoekstra, Mr. D. Reitsma. In het Rapport inzake een nieuwe bestuurlijke indeling (z.
Gemeentelijke herindeling) werd voorgesteld Menaldumadeel op te heffen en in te delen bij omliggende gemeenten. Naar aanleiding daarvan sprak 86 % van de bevolking zich uit voor handhaving van de huidige gemeente.
Lit.: Skiednis fan Menameradiel (1972).