lat. Sarmatia, zoo noemden de ouden eene groote landstreek, die zich (in Europa en Azië) uitslrekte tusschen de Oostzee en de Caspische Zee, benoorden de Zwarte Zee.
Voor sommigen is S. niets anders dan het west-gedeelte van Scythië; volgens anderen is het juist niet dat gedeelte, maar lag S. meer naar het westen. Wat daarvan zij, zooveel is zeker, dat S. geplaatst werd in West-S. of Europeesch-S. (tusseben de Weichsel en den Tanais al de landen bevattende, die thans Rusland en Polen uitmaken) en Oost-S. of Aziatisch-S. (van den Tanais tot aan de Caspische Zee).De Sarmaten, bij de Grieken Sauromaten genoemd, waren een volk, van de Scythen geheel verschillend. Ze schijnen oorspronkelijk uit het tegenwoordige Turkestan en lang benoorden den Caucasus gewoond te hebben; ze overwonnen de Scythen en verontrustten de grieksche koloniën benoorden de Zwarte Zee, en werden vervolgens cijnspliehtig aan Mithridates. Verstond men vroeger onder den naam van Sarmaten al de barbaarsche volken, die benoorden de Zwarte Zee woonden,in den tijd derromeinsche keizers werden met den naam van Sarmaten doorgaans de Jazygen (zie dat art.) bedoeld. In de 3e en 4e eeuw kwamen de Sarmaten onder het juk der Gothen, en ze maakten gemeene zaak met de Hunnen om het Gothische rijk ten val te brengen (376); in de 5e eeuw namen de Sarmaten deel aan de vijandelijke invallen, die de Hunnen deden in West-Europa.