de heilige, als kluizenaar bekend onder den naam van Broeder Klaus, geb. 1417 te Saxclu in het zwits. kanton Unterwalden, was eerst in krijgsdienst in zijn kanton, werd daar vervolgens tot landraad benoemd, doch zonderde zich 1467 van de wereld af, en leefde als kluizenaar op eenen berg, ieder, die bij hem kwam, dienende met raad of troost. Ook verhoedde hij door zijne wijsheid en welsprekendheid in de bondsvergadering te Stautz 22 Dec. 1481 de ontbinding van den zwitserschen bond, en werkte tot aan zijnen dood 22 Mei 1487 ten algemeenen nutte.
Nog na zijnen dood geëerd, werd hij gecanoniseerd 1671 door paus Clemens IX.De Fluessen
eigenlijk de Fljuessen of Fijussen, een meer in Friesland, kwartier Westergoo, grietenij Hemelumer-Oldephaert-en-Noordwolde; het strekt zich uit van Galamadammen in het zuidwesten tot aan het Heegermeer (waarin het uitloopt) in het noordoosten, heeft eene lengte van twee uren gaans, en staat in gemeenschap met verscheidene kleinere meertjes. Ter plaatse van dit meer stond oudtijds het bosch de F., waar de friesche koningen hun zomerpaleis hadden; in den heeten zomer van 1209 of 1210 is dat bosch nagenoeg geheel afgebrand; wat er van staan bleef werd 12 Juli 1305 door eenen storm ontworteld en omver geworpen.
