Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Mathurin Veyssières de Lacroze

betekenis & definitie

fransch oriëntalist, geb. 1661 te Nantes, gest. 1739 als prof. der philosophie te Berlijn, ging jong naar Amerika om opgeleid te worden tot den koophandel, doch keerde reeds spoedig naar Nantes terug, en studeerde de geneeskunde. Uit tegenzin in dit vak werd hij 1682 monnik, doch hij had volstrekt geen karakter voor de gedweeë kloostergehoorzaamheid, zoodat hij reeds kort daarna ontvluchtte en de wijk nam naar Bazel, waar hij Protestant werd; toen ging hij naar Berlijn, werd bibliothecaris van den koning van Pruisen, en onderwijzer der kroonprinses, later prof. der philosophie.

Voornaamste werken: Vindicice veterum scriptorum contra Harduinum (Rotterdam 1708); Histoire du chrislianisme des Indes ('s-Hage 1739). Van de door hem in manuscript nagelatene armenische, slawische, Syrische, enz. woordenboeken verscheen 1775 in kwarto te Oxford Lexicon JEgypliaco-Latinum, ex veleribus illius linguce monumenlis.

< >