1) vroeger stad in Noord-Amerika, ter oostkust van het eiland Cape-Brelon, aan eene uitmuntende reede, die 2 mijlen in omtrek heeft, doch des winters bevriest, lelde vroeger 10,000 inw., doch is thans slechts een schraal bewoond visschersdorp. liet behoorde voorheen aan de Franschen, die het 1715 versterkten tot eené ontzagwekkende vesting, welke echter, na een langdurig beleg doorstaan te hebben, 17 Juni 1745 door de Engelschcn werd genomen, die het 1758 nogmaals bemachtigden. Op de boogie van L. in 1781 zeeslag tusschen de Engelscheu en Franschen.
2) stad in Wurtemberg; zie LUDWIGSBURG.
3) visschersdorp in hel schotsche graafschap Cailh, is eene buitenwijk van de stad Wiek.