geh. 31 Juli 1787, prof. der geneeskunde en practiseerend geneesheer te Frankfort aan den Main, gest. 10 Febr. 1854, een der voornaamsteen degelijkste beoefenaars van de geschiedenis der vrijmetselarij. Van zijne werken verdienen inzonderheid vermeid : Geschichte der Freimaurerei in Frankreich (2 dln.
Frankfort 1852—53); Geschichte der Freimaurerei in England und Schottland (Leipzig 1848); Die Freimaurerei in ihrer wahren Bedeutung (Lpz. 1846); Bibliographie der Freimaurerei (Frankf. 1844). De, in hare soort eenige, vrijmetselaars-bibliotheek van K. is in eigendom overgegaan aan prins Frederik der Nederlanden, grootmeester-nationaal der nederiandsche vrijmetselaren.
