geb. te Goes 22 .Maart 1822, opgeleid ter koopvaardij, maakte fortuin in O. I.; later als partikulier gevestigd te Rotterdam, werd hij door die stad gekozen tot lid der Tweede Kamer, nam als indische specialiteit plaats op de banken der koloniale oppositie, hielp het ministerie Rohbussen omverwerpen, aanvaardde als lid van het ministerie Thorbecke de portefeuille van koloniën, en bracht belangrijke hervormingen in het koloniaal beheer tot stand.
Toen Thorbecke 1866 uit het ministerie trad, werd F. met de vorming van een nieuw kabinet belast, waarvan hij het hoofd werd.