Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Heinrich von bünau

betekenis & definitie

(graaf), duitsch geschiedschrijver, geb. 2 Junij 1697 te Weissenfels,gest.7 April 1762, was geheimraad van den keurvorst van Saksen, koning van Polen (August 111), trad 1742 in dienst van keizer Karel VII, die hem in den gravenstand verhief en hem als gezant naar Neder-Saksen zond; 1745 werd B. eerste minister in het saks. prinsdom Weimar en Eisenach; 1758 keerde hij tot het ambtelooze leven terug. Zijne onvoltooid geblevene Deutsche Kaiser- und Reichshistorie(4dln.

Leipzig 1728—43) getuigt van zijne uitgebreide geleerdheid. Zijne aanzienlijke bibliotheek (42,000 dln.)werd 1764 voor de koninkl. bibliotheek te Dresden aangekocht.

< >