de drie vrije steden Hamburg, Lubeck en Bremen, sedert 1630 de eenige leden van den Hanse-bond. Deze bond ontstond in 1241, toen Hamburg en Lubeck zich verbonden tot wederzijdsche bescherming van hunnen koophandel tegen rooverij ter zee en te land.
Verscheidene andere steden sloten zich bij dien bond aan, waarvan Lubeck de hoofdstad werd, en reeds in 1260 werd daar de eerste bondsvergadering gehouden, die daar vervolgens om de drie jaren plaats had. Het duurde niet lang of de voornaamste koopsteden, van de Schelde af tot aan de golf van Lijfland, waren toegetreden tot dien bond, die op het toppunt van H. macht en bloei stond in de 14e eeuw (veertien nederlandsche steden behoorden er toe, nl.: Doesburg, Nijmegen, Zutphen, Roermonde, Venlo, Arnhem, Eiburg, Harderwijk, Deventer, Zwolle, Kampen, Groningen, Stavoren en Bolsward). Na de ontdekking van Amerika echter ging de bond zeer spoedig te niet; de laatste bondsvergadering te Lubeck had plaats 1630, en toen verbonden zich Hamburg, Lubeck en Bremen, die sedert uitsluitend den naam van Hanse-steden hebben gedragen.