Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Françoise d'Aubigné van Maintenon

betekenis & definitie

(markizin), kleindochter van Théodore Agrippa d’Aubigné, die bekend is als vriend van Hendrik IV en als een warm voorstander van de hervorming. Zij werd geboren 1635 inde gevangenis te N iort, waar hare ouders gekerkerd zaten, en werd daar gedoopt ; reeds zeer jong was zij wees.

Ofschoon aanvankelijk het geloof harer ouders aanklevende, werd zij later Roomschkatholiek, en onderscheidde zich door hare vroomheid. Zij leefde tot 1652 in eenen staat, die na aan armoede grensde, toen de dichter Scarron, ofschoon zelf reeds oud en gebrekkig, begaan met hare tegenheden, haar tot vrouw nam, enkel met het doel om haar beschermer te kunnen zijn. Gedurende eenigen tijd was haar huis de verzamelplaats van de uitstekendste vernuften, die Parijs opleverde. In 1660 weduwe geworden, was zij op het punt weder tot armoede te vervallen, toen het hof, van hare rampen onderricht, haar een pensioen van 2000 francs toelegde. Door Lodewijk XIV belast met de taak (1669) om in het geheim de kinderen groot te brengen, die uit zijn omgang met mevrouw de Montespan waren geboren, kweet zij zich daarvan met ijver en met den besten uitslag, en won van dag tot dag meer het vertrouwen des konings, dien zij vooral voor zich innam door het aangename en degelijke van hare gesprekken, zoodat hij weldra mevrouw de Montespan geheel voor haar vergat. Hij schonk haar 1674 het landgoed Maintenon.dat hij voor haar tot een markizaat verhief. Na den dood der koningin (1683), liet Lodewijk XIV zich met mevr. de M. heimelijk in den echt verbinden, welk huwelijk gesloten werd in 1684 of 1685. In laatstgenoemd jaar stichtte zij te St.-Cyr een godsdienstig huis voor opvoeding van jonge meisjes van adellijke doch onvermogende familién. Bij den dood van Lodewijk XIV (1715), ging M. naar St.-Cyr, en bleef daar tot aan haren dood (15 April 1719), zich geheel en al toewijdende aan de beoefening van eene uiterst strenge godsvrucht. Gedurende eenen geruimen tijd had M. een overwegenden invloed op den gang der staatszaken. Men heeft van haar eenige geschriften, o. a. Lettres, uitgegeven door Labeaumelle f1752), door Auger (1807), door Th. Lavallée (1856).

< >