Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

François Marie AROUET de Voltaire

betekenis & definitie

geb. 20 Febr. 1694 in het fransche dorp Chatenay bij Sceaux, aanvankelijk bestemd voor de rechtsgeleerde loopbaan, wijdde zich echter aan de dichtkunde, op welk gebied hij aan den franscben horizon als eene ster van de eerste grootte schittert. Door zijne bijtende spotternijen, waaraan hij in zijne verzen den vrijen teugel vierde, haalde hij zich verscheidene malen gevangenschap in de Bastille en verbanning op den hals.

Van 1750 tot 1755 leefde hij aan het hof van Frederik den Groote, zijnen bewonderaar. Daarop kocht hij in het zwitsersche landschapje Gex de bezittingen Tourneren Ferney, en stierf30 Mei 1778. Ofschoon meer talent dan karakter hebbende, en niet zelden beheerscht door kleingeestige drijfveren, daarbij ijdel en wuft in den hoogstmogelijken graad, is V. niettemin de groote man der 18e eenw; meer dan die van eenig ander, heeft zijne pen gedaan, om het gezag der overlevering, inzonderheid op kerkelijk gebied, onherstelbaar aan het wankelen te brengen. Zijne Ocuvres zijn ontelbare malen gedrukt; wij noemen hier alleen de editie van Beuchot (72 dln. Parijs 1824—1834). Zijn meesterstuk is de Henriade; zijn meest als goddeloos uitgekreten werk is de Pucellc d'Orléans. Het in het laatst van 1868 in Frankrijk opgeworpen plan, om voorV. een standbeeld op te richten, wordt, zooals lichtelijk te begrijpen valt, hevig bestreden door de clericale partij: het is inlusschen, hij den legenwoordigen regeeringsvorm van Frankrijk, een alleszins opmerkelijk teelten des tijds, dat zulk een plan geopperd wordt.

< >