Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Ferd. alvarez van toledo van alba

betekenis & definitie

hertog, minister van staat en opperbevelhebber over de spaansche legers onder Karel V en Filips II, geb. 1508 uit een der aanzienlijkste spaansche geslachten, nam reeds als jongeling deel aan den slag bij Pavia, bewaakte den gevangenen koning Frans I, streed in Hongarije, voor Tunis en Algiers, verdedigde Perpignan, en verwierf in Navarra en Catalonië den hertogelijken titel. Aan hem had Karel V grootendeels de overwinning bij Mühlberg te danken.

Was later de togt tegen Hendrik II, koning van Frankrijk, zonder goeden uitslag, des te gelukkiger was A. in 1555—57 in Italié, waar hij den Kerkelijken Staat veroverde. In 1559 verscheen hij als gezant te Parijs, waar prinses Elizabeth, voor zijnen nieuwen koning Filips II (Karel V had in 1556 afstand van den troon gedaan), aan zijne zorg werd toevertrouwd. In 1567 werd hij als stadhouder naar de Nederlanden gezonden, waar hij den opstand met bloedige strengheid trachtte te onderdrukken; tegen het einde van 1573 verliet hij echter dit land, tot welks onderdrukking hij 18,000 menschen moet hebben doen ombrengen, zonder zijn doel bereikt te hebben. Naar Spanje teruggekeerd, werd hij op non-activiteit gesteld, omdat hij in eene familie-aangelegenheid niet had gehandeld overeenkomstig den wil des Konings; doch weldra werden zijne diensten weder ingeroepen tegen Portugal, dat hij in 1581 veroverde. Hij stierf 11 Dec. 1582. In Spanje zeide men met ophef van hem, dat hij in eene krijgsdienst van 60 jaren nooit een veldslag verloren had en zich ook nooit had laten overrompelen. Onbetwistbaar had hij groote talenten als veldheer, en ook als staatsman; doch in de geschiedenis der Nederlanden, die door zijne bloeddorstige, onmenschelijke wreedheid jammerlijk werden geteisterd, staat zijn naam zeer te regt met zwarte letters aangeschreven.

< >