Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Ethelred

betekenis & definitie

twee koningen van Engeland, nl.:

I, uit de saksische dynastie, was een broeder van Ethelbald en Ethelbert; hij regeerde van 866 lot 871, had aanhoudend te strijden tegen de Denen, die vijandelijke invallen kwamen doen in zijn land, en stierf ten gevolge van eene wond, welke hij in een gevecht tegen hen ontving. Hij werd opgevolgd door zijnen broeder, Alfred den Groote.

II, volgde 978 zijn broeder Eduard den Martelaar op, en regeerde tot 1013. Onder de regeering van dezen zwakken koning maakten de Denen groote veroveringen, en kwamen zelfs het beleg opslaan voor Londen. Hij deed al de in zijn rijk met der woon gevestigde Denen om het leven brengen op den Siut-Brice-dag (13 Nov.) 1002. Hierover nam Sueno, koning van Denemarken, eene schitterende wederwraak, en verdreef eindelijk, in 1013, E. uit Engeland. Eerst na den dood van Sueno kon E. weder meester worden van zijnen troon; doch weldra zag hij zich op nieuw van het koningschap berooven door Canut.

< >