Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Elleriaansche

betekenis & definitie

(of Ellerische) sekte, eene 1726 gevormde vereeniging van gereformeerde dweepers. Hun hoofd, Elias Eller, geb. 1690 te Ronsdorf in het pruisische graafschap Berg (waarom ze ook Ronsdorfers genoemd werden), was lintwever van beroep, doch wist het zoover te brengen, dat hij burgemeester werd.

Hij noemde zich Zionsvader en zijne vrouw Zionsmneder (om die reden werden de leden dezer sekte ook wel Zionicten genoemd). De verregaande buitensporigheden der Ellerianen maakten het echter na E.’s dood ('lö Mei 1760) noodig, dat het openbaar gezag zich daarmede bemoeide en er paal en perk aan stelde.

< >