(André), verlatijnscht Duchenius, Chesnius, Quercetanus, wordt genoemd de vader der geschiedenis van Frankrijk; hij was geb. in Mei 1584 te Isle-Bouchard in Touraine, werd aangesteld als koninklijk geograaf en historiograaf, en stierf 30 Mei 1640, overreden door eene kar. Hij heeft een aantal werken geleverd, die voor de geschiedenis hooge waarde hebben, o. a. ; Les antiquités et recherches de la grandeur des rois de France (1609) ; Les antiquités des villes, châteaux, etc. (1610); Bibliothèque des auteurs qui ont écrit l’histoire et la topographie de la France (1618) ; Histoire des rois, ducs et comtes de Bourgogne (1619); Historiée Normannorum scriptores (1619); Hisloriæ Francorum scriptores coætanei (5 rtln. 1636—49); van dit laatste werk zijn slechts de twee eerste deeler, van de hand van D.. de drie overige werden voltooid door zijn zoon.
(François), zoon van den vorige, geb. 1616, gest. 1693 insgelijks als koninklijk historiograaf, voltooide, behalve de Historiée Francorum etc. ook de Histoire des papes (1653), de Histoire des cardinaux (1660), en schreef een aantal werken over de geschiedenis van fransche monarchen en geslachten.
