schrijver of secretaris van Appius Claudius, was de zoon van een vrijgelatene; hij werd edil omstr. 305 v. Chr.
Om zich te wreken op de patriciërs, die hem met minachting bejegenden, ontvreemdde hij aan Appius eene verzameling rechtsformulieren, waarvan men zich bedienen moest om op wettige wijze een rechtsgeding te kunnen voeren. Deze verzameling (Jus civile Flavianum) maakte hij openbaar; tot dusverre waren die formulieren steeds zorgvuldig door de patriciërs aan de kennis van het volk onthouden, ten einde zoodoende de plebejers uit alle rechtsgeleerde ambten te kunnen weren. Uit erkentenis voor deze openbaarmaking werd F. (303 v. Chr.) tot volkstribuun gekozen, en erlangde later eenen zetel in den senaat.