Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Arnold Hoogvliet

betekenis & definitie

nederl. dichter, geb. 3 Juli 1687 te Vlaardingen, eerst notarisklerk aldaar, toen schrijver in de bank van leening te Dordrecht, later winkelier in goud en zilver te Vlaardingen, gest. 17 Oct. 1763. Mengeldichten (2 dln. 1738 —1753); vooral zijn Abraham de Aartsvader (le dr. 1727, naderhand nog elfmaal herdrukt) heeft hem eene plaats verzekerd in de rij der nederl. dichters.

< >