verdienstelijk hamburger raadsheer, geh. 160ctob.1767,studeerde sedert 1787 te Erlangen en Gottmgen in de regten, en practiseerde sedert 1792 m zijne vaderstad, waar hij weldra den naam van een bekwaam en regtschapen man verwierf. Hij werd dus reeds in 1800 tot raadsheer gekozen, en na de inlijving van Hamburg bij het fransche keizerrijk (1810) tot maire der stad benoemd.
Vooral tijdens de vreemde overheerschmg maakte hij zich in hooge mate verdienstelijk jegens de stad en zijne medeburgers, wier belangen hij tegenover den franschen druk op manmoedige wijze trachtte te handhaven. Nadat hij in 1821 weder zitting had genomen in den Senaat en van 1831'—1835 als burgemeester gefungeerd had, stierf bij den 16 Dec. 1842. Van zijne vier zonen hebben zich vooral August, Ernst en Karei Eduard eveneens jegens hunne vaderstad zeer verdienstelijk gemaakt.