Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Altenzelle

betekenis & definitie

een door markgraaf Otto den Rijke van Meissen 1162 gesticht Cistercienser-klooster aan de Freiberger Mulde in de nabijheid van Nossen. In de 14e eeuw was de kloosterschool aldaar boven alle andere in de Saksische landen beroemd.

Verscheidene monniken en abten van het klooster maakten zich verdienstelijk door hunnen ijver als schrijvers van boekwerken en door hunne liefde voor de wetenschap. Op het einde der 15e eeuw vond men te A., onder abt Martinus von Lochan, de belangrijkste bibliotheek van geheel Saksen. In 1347 bouwde markgraaf Frederik de Ernstige binnen de kloostermuren eene kapel, die door hem tot grafgewelf bestemd werd voor de vorstelijke familie. In 1544 werd het klooster geseculariseerd, en 1599 werd het door den bliksem zwaar beschadigd. In het 1787 door Frederik August III herstelde oostelijke grafgewelf bevinden zich vijf steenen sarcophagen, alsmede eene marmeren graftombe.

< >