In de anatomie noemt men N. (sutura) die wijze van onbeweeglijke verbinding van twee beenstukken, waarbij
deze, met meervoudig getande randen in elkander grijpende, vast met elkander verbonden zijn, b.v. schedelbeenderen. In de heelkunde: de hechting of kunstmatige vereeniging van de randen van gewonde of van elkaar gescheiden deelen.