Haemorrhoiden, knobbelige uitzettingen van de aderen in het onderste gedeelte van den endeldarm, binnen den anus (inwendige), of er buiten (uitwendige). Deze ziekte kan teweeggebracht worden door alle oorzaken, welke het terugvloeien van het bloed uit de buikorganen belemmeren, vooral dus door voortdurende (habitueele) verstopping, zwangerschap, zittende levenswijze of onvoldoende lichaamsbeweging, langdurige bedrust, te overvloedige voeding, enz.
Bovendien kunnen zij ontstaan door misbruik van sterke afvoermiddelen, b.v. Aloë. De aanleg voor deze ziekte is dikwijls erfelijk. De zieken vertoonen knobbeltjes rondom de aarsopening, die meestal blauwrood, soms ook wratachtig zijn, en klagen over een gevoel van branden en spanning in den endeldarm, soms pijn in de lendenen, dikwijls zeer hinderlijken jeuk aan den anus, enz. De stoelgang is pijnlijk, en door sterk drukken bij de ontlasting worden niet zelden kleinere of grootere uitgezette bloedvaten verscheurd, zoodat er een bloeding plaats heeft. Indien dit dikwijls voorkomt spreekt men van bloedende aambeien, waarvan op den duur, doch zeldzaam, bloedarmoede en verzwakking het gevolg kunnen zijn.
Niettemin wordt dit bloeden vaak gaarne door den patiënt waargenomen, daar het voor het oogenblik eenige verlichting geeft. Niet zelden worden bij de ontlasting een of meer inwendige knobbels naar buiten gedreven; zij kunnen ook in de aarsopening bekneld geraken. Dit is zeer pijnlijk en de pijn houdt eerst op als de uitgedreven knobbels weer naar binnen gebracht zijn. Menschen met aambeien lijden gewoonlijk slechts van tijd tot tijd; in de tusschenpoozen zijn zij geheel vrij van pijn. Aambeien kunnen in ontsteking en verettering overgaan, en zoo zelfs tot een ernstige ziekte leiden.Aambeien zijn gemakkelijker te voorkomen dan te genezen. De voorbehoedende hygiëne bestaat voor hen, die een begin van de kwaal waarnemen of in wier familie ze erfelijk is, in een matige levenswijze, gebruik van zachte ontlasting makend voedsel: fruit, groenten en mager vleesch, onthouding van scherpe, prikkelende spijzen en specerijen en van sterke dranken, zorg voor een geregelde ontlasting (door clysma’s of als purgeermiddel, liefst wonderolie), veel lichaamsbeweging, zoo mogelijk ’s ochtends en ’s avonds en na ontlasting afsponsen met koud water; nooit voor de reiniging onzuiver of bedrukt papier gebruiken; dikwijls koele baden.
De behandeling hangt in de eerste plaats af van de oorzaak der kwaal; kan deze worden weggenomen, dan verdwijnen groote knobbels dikwijls geheel, zooals men na zwangerschap zien kan. Meestal past men toe: baden, wassching van den anus (eenige malen per dag met zeer warm of koud water, met watten), warme of koude lavementen, insmering van de aarsopening met vaseline of lanoline. Uitgezakte knobbels moeten voorzichtig met geolieden vinger, ’t best in knie-elleboogsligging, weer naar binnen worden gebracht; zijn de knobbels beklemd geraakt, dan kunnen verkoelende omslagen b.v. met 1 pCt. aluin of warme zitbaden gedurende 15—20 minuten toegepast worden.
Vroeger werd in sommige gevallen, om het uitzakken en de verdere ontwikkeling van aambeien te voorkomen, het dragen van een z.g. pessarium, een stop van caoutchouc, enz. aanbevolen. Veel hielpen deze onreine instrumenten niet. Hinderlijke aambeien kunnen door een kleine operatie verwijderd worden.
Tegen uitwendige, sterk jeukende aambeien wendt men met vrucht collodium aan; dit geeft niet alleen dadelijk verlichting, maar de knobbels worden er ook kleiner door. De brandende pijn bij het bestrijken met deze oplossing is van korten duur en is te voorkomen door voorafgaande aanwending van ijs of cocaïne.
De aambeibloedingen bestrijdt men met wasschingen met warm water en gelatine (10 pCt.), ook wel met koude baden (om samentrekking der bloedvaten te bewerken). Bij sterke en zich gedurig herhalende bloedingen is dikwijls operatieve behandeling (inspuiten, branden, uitsnijden, electriseeren, enz.) noodig.
Open knobbels moeten naar de regels der wondbehandeling worden behandeld. Van de tegen aambeien aangeprezen huis- en kwakzalversmiddelen is geenerlei heil te verwachten.