Gepubliceerd op 09-04-2021

Spoor

betekenis & definitie

s.n., spoar (it); (voet-, pootafdruk), print, spoar (it), least; — van een haas, hazzeprint; licht —, roer(d)print; een — nalaten, (ôf)printsje, spoare; een — vinden (op jacht), foet krije; een — van wild vinden, wyldspoare; een hond — geven, in houn op it spoar sette; van het — brengen, forbjusterje; niet steeds in hetzelfde — rijden, forspoare; het — bijster, spoar-, paedbjuster.

< >