Definities van Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek) in de Ensie G
- Geenszins
- Geep
- Geer
- Geërgerd
- Geest
- Geestelijk
- Geestelijke
- Geestgrond
- Geestig
- Geestigheid
- Geestkracht
- Geestrijk
- Geestverdoving
- Geestvermogen
- Geestverschijning
- Geestverwant
- Geeuw
- Geeuwen
- Geeuwerig
- Geeuwhonger
- Geeuwzucht
- Gefemel
- Geflikflooi
- Gefluister
- Gegadigde
- Gegoed
- Gegrinnik
- Gehaast
- Gehaastheid
- Gehakt
- Gehalte
- Gehard
- Geharrewar
- Gehaspel
- Gehavend
- Gehecht
- Gehechtheid
- Geheel
- Geheelonthouder
- Geheelonthouding
- Geheiligd
- Geheim
- Geheimhouden
- Geheimzinnig
- Gehemelte
- Geheugen
- Gehoor
- Gehoorbuisje
- Gehoorzaam
- Gehoorzaamheid
- Gehoorzamen
- Gehorig
- Gehorigheid
- Gehucht
- Gehumeurd
- Gei
- Geien
- Geijkt
- Geil
- Geilheid
- Geit
- Geitenbok
- Geitensik
- Geitouw
- Gejaagd
- Gejacht
- Gejuich
- Gek
- Gekant
- Gekarteld
- Gekheid
- Gekibbel
- Gekijf
- Gekken
- Gekkenhuis
- Gekkenpraat
- Gekkenwerk
- Geklaag
- Gekleed
- Geklets
- Gekletter
- Geklungel
- Geknars
- Geknipt
- Gekonkel
- Gekook
- Gekout
- Gekreukt
- Gekreun
- Gekriebel
- Gekruid
- Gekruist
- Gekruld
- Gekscheren
- Gekuifd
- Gelaat
- Gelach
- Gelag
- Gelagkamer
- Gelang
