uitgang; ’t uitgaan; ’t aftreden; uitval [v. belegerden of tegen misbruik]; uitvoer [v. waren]; fausse sortie, geveinsd weggaan; sortie de bal, sortie, avondcape; la sortie des dents, het dóórkomen van de tanden; sortie de prison, ontslag uit de gevangenis; jour de sortie, uitgaansdag; se ménager une porte de sortie, een achterdeurtje openhouden; faire une sortie contre, uitvaren tegen, te keer gaan tegen; à la sortie de, bij 't uitgaan van, na afloop van; bij ’t verlaten van, op het einde van; bij de uitgang van.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk