Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 13-07-2022

Ligne

betekenis & definitie

lijn, linie; rij; regel; snoer; richting; hengel; ligne aérienne, luchtlijn; ligne équinoxiale, evennachtslijn; ligne visuelle, gezichtslijn; ligne de chemin de fer, spoorweglijn; ligne de combat, gevechtslinie; ligne de conduite, gedragslijn; ligne de défense, verdedigingslinie; ligne de démarcation, scheidingslijn; ligne de faîte, waterscheiding; ligne de feu, vuurlinie; ligne de flottaison, waterlijn; ligne de mire, vizierlijn; ligne de partage des eaux, waterscheiding; ligne de visée, richtlijn; écrire deux lignes à qn., iemand een paar regeltjes schrijven; passer la ligne, de linie passeren; suivre la ligne du devoir (de l'honneur), doen wat de plicht (de eer) voorschrijft; à la ligne!, nieuwe regel!; dans les (ses) grandes lignes, in grote trekken, in hoofdtrekken; ...de ligne, linie-; e n première ligne, in de eerste plaats; in de voorste linie; entrer en ligne de compte, meetellen; mettre en ligne, in de vaart brengen; lire entre les lignes, tussen de regels dóór lezen; hors ligne, buitengewoon, ongeëvenaard; toute la ligne, over de gehele linie.

< >