Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 25-05-2022

Diner

betekenis & definitie

I. ’t middagmaal gebruiken, eten, dineren [te ± 7 uur]; diner de, zijn middagmaal doen met; diner en ville, uit eten zijn (gaan); diner par coeur, niets te eten krijgen; de hond in de pot vinden;

II. middagmaal, diner; à l’heure du diner, op etenstijd.

< >