roof, diefstal
In 1906 voor het eerst opgenomen in een Bargoense woordenlijst, De Boeventaal van Köster Henke. Köster Henke geeft als voorbeeldzin: ‘Hij gaat uit op de spienoze.’
• Al had hij er menigeen zèlf van verschut en naar ’t schuurtje gebracht, ja, tot omslaan verlokt, eer ze de bijl hadden geroken; nog onlangs hun niese, heur knul wegens spienoze #hoog laten gaan, die nu in de tofes d’r #haaie drukkerd zaten op te knappen. ¶ M.J. Brusse, Het rosse leven en sterven van de Zandstraat (1917), p. 35