brandkast
In deze betekenis in 1906 voor het eerst aangetroffen in een Bargoense woordenlijst, De Boeventaal van Köster Henke. De oorspronkelijke betekenis van muntmeter is ‘meter voor gas of elektriciteit die een bepaalde hoeveelheid doorlaat na het inwerpen van een muntstuk of een penning’. Dergelijke meters werden vroeger vaak gekraakt -- om de munten eruit te kunnen halen.
• Er achter, als opduikend uit het Van Gooijen-achtig-bruine muurlandschap, trippelde Aart, een stoute pinose-jongen, een apache-geworden Jordaner, een ontzachlijke koelbloedige knuistbokser, pas van een zware ‘ziekte’, van muntmetertjes-braak-met-verschut, opgekalefaterd. ¶ Is. Querido, Mooie Karel (1925), p. 441. De schrijver verklaart de betekenis (‘kleine brandkast’) in een voetnoot.