In 1906 voor het eerst opgenomen in een Bargoense woordenlijst, De Boeventaal van Köster Henke. Köster Henke geeft als voorbeeldzin: ‘Je kunt nog kleum krijgen.’ Ook aangetroffen als kleun.
• Mot da doerak mijn dan kleum geife? ¶ Is. Querido, Manus Peet (1922), p. 130. De schrijver verklaart de betekenis in een voetnoot.
• ‘As ’k fèn me dronke foar moar niet saufeul kleum had gehad, dèn was ’k nauit ’t huis uitgegoan.’ Moeder huilde. Kleum zei ze, maar waarom was ze dan geslagen? ¶ G.P. Smis, Het spionnetje (1939), p. 67. De schrijver verklaart de betekenis in een woordenlijst.
Gepubliceerd op 11-02-2019
kleum
betekenis & definitie