God, hier uit eerbied of respect genoemd naar een van zijn eigenschappen (hij bevrijdt de gelovigen uit de macht van zonde en dood). ‘De Verlosser zal uit Sion komen.’ (Rom. 11:2.6). Zie ook Allerhoogste*; Almachtige*; Gezegende*; Heiland* enzovoort.
Ick daneke u..., o Schepper ende Verlosser der menschen, dat gy, om alle de wereldt uwe liefde te toonen, een groot Avondt-mael bereydt hebt, waer in gy niet voorgestelt en hebt het Paeschlam, het welcke eene figuere was; maer u H. Lichaem ende Bloedt, om te nutten.
De Naervolginghe van Christus. Geschreven in 't Latijn door Thomas a Kempis. Metsyn Leven door P. Heribertus Rosweydus. z.j. 1624, geciteerd in WNT
Een rand van donker gewas, cactussen en dwergpalmpjes, gedeeltelijk van bordpapier, had de blik der toeschouwers voorbereid op het enorme rondgespannen gele doek, waarop de Verlosser op een ezeltje reed, gevolgd door geschilderde mensen, in de richting van geschilderde muren en poorten en tempels.
Simon Vestdijk: De vijf roeiers. 1951