Een neutralere benaming voor wat vroeger in de volksmond dolhuis, gekkenhuis of krankzinnigengesticht heette. Nog eufemistischer wordt het wanneer je het eerste woord gewoon weglaat. Een ‘inrichting’ geeft weinig geheimen prijs van wie daar nu eigenlijk (opgesloten) zit. De ‘gekken’ die er verpleegd worden zijn tegenwoordig cliënten*, klanten* of bewoners geworden.
Ik heb een geschenk meegenomen: een boek over de ‘gestoorde kunstenaar’ Adolf Wölfli. K. Schippers bladert erin. Wölfli bracht het grootste deel van zijn leven in een psychiatrische inrichting door, waar hij tienduizenden pagina’s volkriebelde met krankzinnige teksten, muziek en tekeningen.
De Groene Amsterdammer, 08-05-96
De man die mij aanviel zit nu al twee jaar in een psychiatrische inrichting.
Vrij Nederland, 02-10-99