Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

Gepubliceerd op 17-08-2018

koffer: de - induiken met iemand; kofferen

betekenis & definitie

Copuleren. Vgl. de even neutrale uitdrukking ‘naar bed* gaan met iemand’. ‘Bikken van de koffer’ is een Bargoense uitdrukking voor ‘souteneur zijn’.

Hij gaat met z’n mokkel in de koffer.

Koster Henke: Boeventaal. 1906

‘Die linkse,’ zei de schildwacht, ‘daar kan je verdomd fijn mee kofferen.’

Rinus Ferdinandusse: Zij droeg die nacht een paars corset. 1967

Maar als zij nou eens af en toe met iemand de koffer in zou duiken.

Robert Long: Wat wil je nou. 1988

Ik heb ook weleens voor poen met een oudere vrouw gekofferd.

Haring Arie: De sarkast. 1989

Maar als ik dat ellendige spul straks achter de kiezen heb, ga ik met jou de koffer in.

Martin van Amerongen: Zwierige passie. 1997

< >