kunstpenis van plastic of rubber, verkocht in seksshops (wanneer er batterijen in zitten om het apparaat te doen trillen spreekt men over een vibrator). Uit historische documenten blijkt dat dildo’s al gebruikt werden in het oude Griekenland. Ze werden gemaakt van hout of opgevuld leder. Zelfs in het Oude Testament (Ezechiël xvi) zou er volgens kenners al gerefereerd zijn aan dergelijke kunstpenissen. In de vijftiende eeuw werden ze, als grap, bovenaan in de vorm van een nonnenkap gemaakt.
Vibrators werden in het begin van de twintigste eeuw door artsen gebruikt om hysterische vrouwen te behandelen. Men was er destijds van overtuigd dat hysterie het gevolg was van ‘de opstand van de baarmoeder tegen seksuele onthouding’. Volgens de ‘Dictionary of Early English’ van Joseph T. Shipley (1968) was dildo een nonsenswoord dat in talrijke gewaagde liedjes uit de zestiende en zeventiende eeuw voorkwam. De vroegste vermelding in het Engels is een schunnig gedicht van Thomas Nashe (15 67-1601): ‘The choice of Valentines’. Daarin weigert het lid* van de dichter op een cruciaal moment dienst. Hij wijst het aldus terecht: ‘My little dildo shall supply your kind. A youth is as light as leaves in the wind; He bendeth not, not foldeth any deal, But stands as stiff as he were made of steel.’ Ook William Shakespeare gebruikte het woord in ‘The Winter’s Tale’ (1610-11). In Australische pensions in de twintigste eeuw was een dildo een kaars. Over de etymologie is al heel wat te doen geweest. Volgens sommigen is het de Spaanse naam van een cactus, namelijk de ‘Cephalocereus Royeni’ (die wel een fallusvorm heeft maar toch eerder prikkend dan prikkelend te noemen is). Anderen zien er het Italiaanse woord ‘diletto’ (genot) in terug. Ook het Arabisch zou een bron kunnen zijn, namelijk ‘doeldoel’ (dat wat bungelt). Het Engels zelf valt ook niet uit te sluiten. ‘Daily’ (speeltuig) is dan een mogelijkheid, maar ook een samentrekking van de woorden ‘this will do’ of het slangwerkwoord ‘to diddle’, dat zowel ‘foppen’, ‘neuken’ als ‘masturberen’ en ‘op een prettige manier de tijd passeren’ kan betekenen. De laatste omschrijving vinden we overigens terug in de Italiaanse benaming voor een dildo: ‘passatiempo’. Er kan ook verwantschap zijn met het Australische woord ‘dillypot’ (rijmslang voor ‘twat’, kut). Overigens wordt dildo in Engelssprekende landen ook gebruikt als scheldwoord voor een sufferd of lui. In Amerika kent men het in de betekenis van een verwijfde man. Een andere herkomstverklaring, die nog nergens gesuggereerd werd, is een mogelijke verwantschap met het Franse argotwoord ‘dille’ (penis), in de zestiende eeuw reeds door Rabelais gebruikt! Vraag is natuurlijk waarom de Fransen zelf dan het woord ‘dildo’ niet gebruiken. Zij verkiezen immers andere benamingen, zoals: ‘bientateur’ (goeddoener); ‘consolateur’ (trooster) en ‘godemiché’ (van het Latijnse ‘gaude mihi’: doe mij een genoegen). In Duitsland heeft men het over een ‘Phallus Phantom’. In ons taalgebied werd ‘dildo’ pas in de jaren tachtig van de twintigste eeuw populair als eufemisme. Het vereist blijkbaar nog altijd meer moed om naar een vibrator te vragen. Voor Engelssprekenden is ‘dildo’ dan weer te direct geworden. Preutse vrouwen prefereren het eerder lachwekkende ‘cordless massager’. Volgens een Duitse website bestaat er ook een ‘easy rider’: een speciaal soort dildo, vastgemaakt op een gummibal, waarop men zich kan zetten om vervolgens op en neer te huppelen. Ieder diertje zijn pleziertje zullen we maar zeggen. Lesbo’s noemen een dildo vaak verhullend ‘komkommer’. Franse prostituees hebben het over hun ‘Arthur’ (naar de negentiende-eeuwse benaming voor een gigolo, een boezemvriend).
Een dildo is een voorwerp dat bij gemeenschap of bij zelfbevrediging gebruikt kan worden als of het een penis is.
E. J. Timmer e.a.: Geïllustreerde Encyclopedie van de Sexualiteit. 1977-1980
... een nachtje bizarre seks met dildo’s (waarvan ik lang heb gedacht dat het een uitgestorven vogelsoort was)...
Het Parool, 18-05-94
En niet te vergeten de anekdote van een PvdA-Kamerlid dat een paar jaar geleden zijn medewerkster voor haar verjaardag een dildo op batterijen gaf en die vrolijk op de werktafel liet rondhuppelen.
De Telegraaf, 20-08-98
Bij deze superdrogist ligt nu namelijk een dildo in drie maten tussen de dropjes en de geurkaarsen. Tien, vijftien en twintig centimeter. Hij mag binnen tien dagen geruild, mits je het bonnetje bewaard hebt.
NRC Handelsblad, 26-02-2000