Vrouwelij k geslachtsdeel. De term komt al voor in de achttiende eeuw (in de klucht ‘Het Vermakelyk ABC ’) en refereert in feite aan de naam van een dorp in Waterland. Er werd ook een uitdrukking mee gevormd: naar buiksloot varen: copuleren. Het eufemisme vinden we ook terug in een rijmpje uit ca. 1910:
Het heet er Buiksloot
Met een weinig moerassen
En je moet, als je klaar bent,
Je hengel afwassen.
Gerard van de Garde: Constant heeft een hobbelpaard. 350 ongecensureerde kinder- en volksversjes. 1987