Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

Gepubliceerd op 17-08-2018

bil; van - gaan

betekenis & definitie

Copuleren. Een oude Bargoense uitdrukking, populair gemaakt door Koot en Bie op hun elpee Hengstenbal (1977). In een aantekening van Boekenoogen vinden we varianten van deze grappige uitdrukking: ‘de billen te werk stellen’ en ‘de billen roeren’.

Ik zie d’r misschien uit als een zolderappel maar ik ga nog even gemakkelijk van de bil als vijfenvijftig jaar terug.

Rinus Perdinandusse: Zij droeg die nacht een paars corset. 1969

Jij moet nodig ook eens van bil.

Marcus Heeresma: Landgenoten. 1983 ...

het is niet baanbrekend of opzienbarend met buurvrouw Elly van bil te gaan.

Dirk Dufraing: Rock ‘n Roll. 1989

1750 miljoen keer per week gaat de wereld van bil.

Robert Long: Liegen mag! 1993

< >