Etymologisch Woordenboek

Instituut voor de Nederlandse taal

Gepubliceerd op 24-04-2024

manueel

betekenis & definitie

manueel bn. 'met de handen, betreffende handvaardigheid'
categorie: leenwoord

Nnl. manueel 'met de hand vervaardigd' in manueel boeckxken 'handgeschreven boekje' [voor 1728; WNT voorzaat], 'met de hand, betreffende handvaardigheid' in instrumenteele en manueele kunstbewerkingen '(geneeskundige) verrichtingen met instrumenten en met de hand' [1914; NRC], geestelijke en manueele ontwikkeling 'ontwikkeling van geestelijke vermogens en handvaardigheid' [1925; WNT Aanv.], manuele therapie 'zekere fysio-therapeutische behandeling' [1984; Van Dale].

Ontleend aan Frans manuel 'met de hand verricht of te verrichten' [ca. 1200; TLF] < Latijn manuālis 'met de hand, betreffende de hand', zie manuaal.

Fries: manueel

< >