Etymologisch Woordenboek

Instituut voor de Nederlandse taal

Gepubliceerd op 24-04-2024

contribueren

betekenis & definitie

contribueren ww. 'bijdragen'
categorie: leenwoord

Mnl. contribueren [1454; MNHWS]; vnnl. contribueren [1517; WNT transport].

Ontleend aan Frans contribuer [begin 14e eeuw] < Latijn contribuere 'toevoegen, bijdragen', van com- 'samen' en tribuere 'toedelen, toekennen' (zoals ook in attribuut, distribueren), oorspr. '(de belasting) verdelen onder de stammen', een afleiding van het zn. tribus 'stam', zie tribunaal.
contributie zn. 'bijdrage'. Mnl. waert ghemaect contributie zulcke als behoort 'werd een bijdrage naar behoren betaald' [1431; Stall.], contribucie 'bijdrage' [1484; MNW heveninge]; vnnl. contributie [1536; WNT ridderschap]. Ontleend aan Frans contribution [1316] < Laatlatijn contribūtiō 'bijdrage'. ◆ contribuant zn. 'wie een bijdrage, contributie betaalt'. Vnnl. contribuanten (mv.) 'zij die bijdragen betalen' [1553; WNT uitwateren I].

Fries: kontribuearje

< >