I. waag(stuk); risico; hetgeen gewaagd wordt; avontuurlijke onderneming; speculatie; at a venture, op goed geluk;
II. wagen, op het spel zetten; venture to differ from..., zo vrij zijn van mening te verschillen met; nothing venture, nothing have, wie niet waagt, die niet wint;
III. venture oneself, zich (aan iets) wagen;
IV. zich wagen; het (er op) wagen; venture on (upon) a few remarks, zich verstouten een paar opmerkingen te maken.