Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Gepubliceerd op 28-02-2022

hammer

betekenis & definitie

I. hamer; hammer and tongs, uit alle macht; go to the hammer, come under the hammer, onder de hamer komen; throwing the hammer, kogelslingeren;

II. hameren; hammer (away) at, loshameren, beuken op; ploeteren aan;

III. (uit)hameren; slaan; hammer it into one’s head, instampen; hammer out, uitvorsen; verzinnen; uitwerken.

< >