Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Burn

betekenis & definitie

I branden; gloeien; verbranden; aan-, op-, uitbranden; bakken [stenen]; burn the candle at both ends, roekeloos omspringen met zijn geld of gezondheid; burn one’s fingers, zich de vingers branden; burn away, op-, uitbranden; burn down, afbranden; platbranden; flauwer branden; burn in(to), inbranden, inprenten; burn out, uitbranden; door brand dakloos maken; burn with, branden (gloeien) van;

II brandwonde; brandplek.

< >