De Zeeuwse ambachtsheren moesten de in hun ambacht geïnde → schot en → bede (normaliter alleen dat wat het ambacht steenschietens had opgeleverd) ‘schieten’ (= afdragen) op het ‘Steen’ van de graaf, hetzij te Zierikzee (Beoosten-Schelde), hetzij te Middelburg (Bewesten-Schelde). In het Steen vergeleek de grafelijke → rentmeester de afdracht met de gegevens uit zijn cohier, ‘steenrol’ genoemd, oorspronkelijk een rol perkament.
De steenrol was voor de grafelijke centrale, wat voor elk ambacht het hevenboek was.Steenrollen ouder dan de 16e eeuw zijn verloren gegaan.
LITERATUUR
Gosses, De rechterlijke organisatie. C. Dekker, ZuidBeveland.