Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

Sander van HOEK

betekenis & definitie

(Rotterdam 19 dec. 1757-Middelburg 4 okt. 1816). Studeerde godgeleerdheid te Groningen, waarna hij achtereenvolgens als predikant bevestigd werd te Gandersum (Oost-Friesland) op 4 november 1781, te Wadenooien op 20 november 1785 en te Aalberg en Heesbeen op 15 maart 1789.

Sinds 1807 was hij predikant bij de Engelse gemeente te Middelburg (en Vlissingen). Hij heeft geschreven: Gedenkwaardigheden uit de geschiedenis der Israëlieten... (Amsterdam 1805); Natuur- en geschiedkundige beschrijving van den verschrikkelijken watervloed 14/15 van Louwmaand 1808 (Haarlem 1808/09); en Geschiedkundig verhaal van de landing en den inval der Engelschen in Zeeland in het jaar 1809, eerste deel (Haarlem 1810). Verder heeft hij verscheidene werken vertaald, o.a. een bijbelse geschiedenis en een kerkgeschiedenis van J.J.F. Schmid.LITERATUUR

Biographisch woordenboek Prot. godgeleerden IV. Van Alphen, Kerkelijk handboek, Bijlage 160 (1903). N.N.B.W. VII en VIII.

< >