Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

Pieter Jan BOUMAN

betekenis & definitie

(Batavia 19 sept. 1902-Groningen 11 maart 1977). Econoom en socioloog.

Hij begon zijn studie aan de Economische Hogeschool te Rotterdam, in 1921 onderbroken door een trimester aan de London School of Economics. Hij promoveerde in 1931 op het proefschrift ‘Rotterdam en het Duitse achterland in de jaren 1831-1851’. Dit werk werd vertraagd door zijn studie voor MO-geschiedenis, welk diploma van hem werd vereist voor zijn leraarschap aan de RHBS te Middelburg (1926-1944).Zijn levendige, originele geschiedenislessen, waarbij hij vooral de nadruk legde op de mens in de samenleving van het tijdperk dat werd behandeld, heeft generaties leerlingen een goed historisch begrip bijgebracht. Zo behandelde hij bv. het wekelijks hoofdartikel van de krant, die nu PZC heet, en waarschuwde hij reeds vroeg voor het opkomend nazisme.

Zijn studie in Londen richtte zijn aandacht op wat later zijn hoofdvak zou worden als hoogleraar in de Maatschappijleer en de grondslagen voor het Maatschappelijk Werk aan de RU te Groningen (1946-1968).

Hij gaf lessen in geschiedenis aan prinses Beatrix.

Bij de oprichting van de Nederlandse Unie nam hij zitting in het algemeen secretariaat als deskundige voor jeugdonderwijs en volksopvoeding. Na twee maanden verliet hij het secretariaat wegens de pro-Duitse houding van enkele bestuursleden.

Zijn ‘Geschiedenis van den Zeeuwschen Landbouw in de negentiende en twintigste eeuw’ is de belangrijkste bron voor zowel de agrarische als de sociale en wettelijke aspecten van de agrarische samenleving in Zeeland.

Hij was mede-oprichter van de ZVU. Direct na de oorlog werd hij economisch adviseur van het Militair Gezag in Zeeland.

Behalve twee belangrijke leerboeken (Sociologie, begrippen en problemen; Sociale spanningen) schreef hij een aantal historisch-filosofische werken, die hem internationale bekendheid gaven: ‘Revolutie der Eenzamen’, een bestseller; ‘Jaurès, Wilson en Rathenau’; ‘Vijfstromenland’; ‘Van Renaissance tot Wereldoorlog’; ‘Volk in Beweging’; ‘Samenleving in puin’; ‘In de ban der geschiedenis’; ‘Vóór en na de zondvloed’.

LITERATUUR

P.Z.C. 12.3.1977.

< >