(Middelburg ged. 27 okt. 1610-Rotterdam sept. of okt. 1680). Zoon van Petrus Gruterus (ca. 1574-1634).
Conrector te Middelburg van 1633-1640, rector te Rotterdam sinds 1661, schreef een aantal wetenschappelijke werken, was bevriend met de voornaamste Nederlandse letterkundigen van zijn tijd, o.a. met Cats. Schreef een Nederlands lofdicht voor de Veirsjes (1639) van Johan de Brune de jonge en een Latijns voor de Venus Zeelanda (1641) van Petrus Stratenus. Verder een Latijns gedicht onder het portret van Gilles Burs (1834).LITERATUUR
De la Rue, Geletterd Zeeland, 296-297. Meertens, Letterkundig leven, 467. Nagtglas, Levensberichten. N.N.B.W.