(Kruidtuin). De Middelburgse magistraat reglementeerde in 1799, dat de apothekers in verband met het op te richten Collegium Pharmaceuticum een Hortus Medicus zouden moeten aanleggen en onderhouden.
Het is niet bekend of deze toen gerealiseerd is. Na de oprichting van de Geneeskundige School in 1825 ontstond een kleine Hortus Medicus op een erf bij het Noordplein, waar voorheen armlastigen en delinquenten waren begraven. De tuin was volgens de leer van Linnaeus ingericht naar het voorbeeld van de Leidse. Johannes → Priester verzorgde de tuin uitstekend, tezamen met een hortulanus (tuinman), maar hij lag te verborgen om bij te dragen tot Middelburgs schoonheid en was te wetenschappelijk ingericht om vruchtbaar te zijn voor de praktische wetenschap. Botanische wandelingen door de studenten werden dientengevolge steeds zeldzamer. Na de opheffing van de Geneeskundige School in 1866 werd de tuin nog tot aan de oorlog (1940) gebruikt bij het ‘natte his’onderwijs op de middelbare scholen, van → Hall.
